POP

Het heeft even geduurd maar hier is ie dan toch. Er zijn een hele hoop do's en don'ts die ik belangrijk vind dus vandaar ook de hele lijst. Ik denk dat ik dit ook nog regelmatig aan moet gaan passen net als mijn credo maar zoals ik er nu tegen aan kijk zijn dit de meeste do's en dont's die ik belangrijk vind.

Do’s
-enthousiast zijn en dit ook overbrengen op de kinderen
-Het zelf leuk vinden; anders kun je het nooit goed aan de kinderen overbrengen-professioneel zijn. Je moet als docent weten waar je over praat en van alles wat weten. Het is leuk als een leerling naar je toe komt met bijvoorbeeld een vraag over een basgitaar en je hem/haar er ook mee kunt helpen.
-je kunnen identificeren in de kinderen; als je ze niet meer begrijpt heeft het volgens mij niet heel veel zin om voor de klas te staan. Jij moet weten wat ze leuk vinden en dingen die ze niet leuk vinden toch leuk overbrengen
-duidelijk zijn
-eisen stellen; per lied bedenken hoe je wilt dat het klinkt en dit ook zo laten klinken. Weet wat je wilt en probeer dit ook uit de leerlingen te krijgen.
-zo min mogelijk zeggen. Veel werken door middel van gebaren. Zodra je de les weer stil legt om te gaan praten schiet het niet op en wordt het nooit een geheel.
-les afwisselend laten zijn maar toch 1 geheel; het moet niet saai worden voor de leerlingen. Zingen is leuk maar een uur lang bezig zijn met 1 liedje wordt saai.
-goed om kunnen gaan met de kinderen. Als je dit niet beheerst zul je nooit een echte goede docent worden in mijn ogen. De kinderen is waar je het voor doet.
-storend gedrag herkennen
-centrale plek in het lokaal hebben
-de kinderen het nut van muziek laten voelen en beleven
-duidelijke afspraken maken voor de les en me hier ook aan houden, consequent zijn! Iets wat veel moeilijker is dan verwacht.
-kinderen iets laten leren; ook door middel van de leerlingen zelf. Ze weten al veel meer dan dat ze denken. Probeer ze veel zelf te laten denken.

Don’ts
-Les te vaak onderbreken; als een kind het niet begrijpt of vervelend is kun je deze ook even persoonlijk aanspreken en de les gewoon door laten lopen.
-de kinderen niet meer begrijpen. Je moet weten wat er in de hoofden van de leerlingen omgaat anders vind ik mezelf geen goede docent meer.
-te streng zijn; je mag best ooit een beetje streng zijn maar ik wil proberen het streng zijn voor te zijn zodat het niet nodig is.
-chaos
-‘muziek stelt niets voor, is maar een bijvak’ mentaliteit
-valse beloftes. Als je de les ervoor iets zegt dit ook waarmaken. Zo weten ze wat ze aan je hebben.
-onvoorbereide lessen
-ontbreken van muzikaliteit; muziek=muzikaliteit dus mag zeker niet ontbreken
-vals zingen